In het aardedonkere huis van vrienden in de Zuid-Franse Aveyron, droomde ik mijn eigen variant op de avonturen van Spiderman – de enige Marvel-held naar wie ik met plezier heb gekeken. Ik verkeerde in het gezelschap van een bekende Utrechtse dichter, een beminnelijke man die ik oppervlakkig ken, maar evengoed bewogen wij eensgezind en vloeiend langs de gevels. Toen ik in de totale stilte ontwaakte, bleef de combinatie van klanken in zijn naam resoneren met datgene wat ons aan die gevels had doen kleven: spinrag.
Ik kon niet anders dan het spel aangaan met deze klanken en beelden in mijn hoofd, daar in die zwarte nacht tussen de massieve muren. Totdat ik iets had gesmeed dat ik een gedicht wil noemen.

 

Spinrag

Ik hing met Ingmar H. samen

– hij mijn spinman

ik niet de zijne –

als spinrag aan de

met klimaf begroeide gevels

van het oude waterwingebouw

 

waar het peil achter de ramen

al klotsend steeg

een inham in de tijd

maar waar wij klimmende kwamen

koude stilte manend zweeg.

 

 

 

 

 

Afbeelding van macrotiff via Pixabay